Sicilië is het grootste eiland van de Middellandse Zee en heeft een wijntraditie die teruggaat tot de oudheid. Het landschap is veelzijdig, van zonovergoten vlaktes tot de indrukwekkende hellingen van de Etna. Het warme klimaat zorgt voor rijpe druiven, maar de invloed van de zee en de hoogte van de wijngaarden geven de wijnen verrassend veel frisheid.

De Etna is de trots van het eiland en levert enkele van de meest bijzondere wijnen van Italië. Voor rood is Nerello Mascalese de sterdruif. Deze geeft elegante wijnen met veel mineraliteit, tonen van rood fruit en een bijna Bourgondische finesse. Vaak wordt hij gemengd met Nerello Cappuccio, die iets meer rondheid en zachtheid toevoegt. Voor wit speelt Carricante de hoofdrol. Deze druif levert levendige, frisse wijnen met citrus, bloemen en een duidelijke vulkanische mineraliteit.

Naast de Etna zijn er ook andere belangrijke druiven op Sicilië. Nero d’Avola is de bekendste rode druif van het eiland en geeft wijnen met veel kracht, rijp fruit en een volle stijl. Voor wit is Grillo populair, een druif die frisse en aromatische wijnen oplevert die uitstekend passen bij vis en schelpdieren.

Sicilië is een regio waar traditie en vernieuwing elkaar ontmoeten. Oude inheemse druivenrassen worden gekoesterd, terwijl jonge wijnmakers zorgen voor moderne technieken en nieuwe stijlen. Het eiland heeft de laatste decennia een enorme sprong gemaakt in kwaliteit en wordt steeds meer gewaardeerd op de internationale markt. Sicilië laat zien hoe natuur, cultuur en wijn samenkomen en biedt wijnen die net zo energiek en veelzijdig zijn als het eiland zelf.